Al-Andalus

Term Definitie
Al-Andalus

Al-Andalus verwijst naar de regio van het Iberisch schiereiland onder moslimheerschappij tussen 711 en 1492, bekend om zijn culturele, wetenschappelijke en architectonische welvaart.

Al-Andalus was de naam die werd gegeven aan de gebieden van het Iberisch schiereiland onder moslimheerschappij tussen 711, het jaar van de Omajjadische verovering, en 1492, het jaar van de val van Granada, het laatste moslimbolwerk, aan de Katholieke Koningen. Gedurende deze periode kende Al-Andalus een tijd van grote economische, wetenschappelijke en culturele welvaart. Steden zoals Cordoba, Sevilla en Granada werden belangrijke centra van kennis en beschaving. Cordoba, in het bijzonder, stond bekend om zijn universiteiten, bibliotheken en scholen, en trok geleerden aan uit de hele moslimwereld en daarbuiten.

De Andalusische architectuur wordt gekenmerkt door het gebruik van arabesk, ingewikkelde mozaïeken, binnenplaatsen en weelderige tuinen. Iconische monumenten zoals de Grote Moskee van Cordoba, het Alcazar van Sevilla en het Alhambra van Granada getuigen van deze rijke historische periode. Al-Andalus was ook een voorbeeld van religieuze co-existentie, met moslim-, christelijke en joodse gemeenschappen die zij aan zij leefden en ideeën en kennis deelden.

Het einde van Al-Andalus in 1492 markeert het einde van de Reconquista, een periode waarin de christelijke koninkrijken van het Iberisch schiereiland geleidelijk de moslimgebieden heroverden. De erfenis van Al-Andalus blijft de cultuur, architectuur en wetenschap in Spanje en daarbuiten beïnvloeden.